Klimaatadaptatie en weginfrastructuur Extreme weersomstandigheden kunnen de weginfrastructuur tijdelijk verstoren en wegen en kunstwerken zoals bruggen en tunnels beschadigen. Om de gevolgen van klimaatverandering op de weginfrastructuur te voorkomen of beperken, kunnen maatregelen worden genomen bij de aanleg of renovatie van wegen en kunstwerken, bijvoorbeeld door bij de bepaling van de capaciteit voor waterafvoer en waterberging rekening te houden met extreem weer. Specifiek in Noordoostpolder moeten we aandacht hebben voor verzakkingen door droogte en daarmee een verslechtering van de onderliggende asfaltconstructie. Bij herinrichtingen, reconstructies en het vervangen van riolering maken we een integrale afweging hoe we klimaatrobuust/klimaatadaptief kunnen aanleggen. Nieuwe vormen van vervoer De minst rendabele vaste buslijnen zullen op termijn verdwijnen. Er moeten andere vormen van (vraagafhankelijk) flexibel vervoer worden ontwikkeld. Samen met de provincie kijken we naar de mogelijkheden. Daarnaast zijn we bezig met de transitie naar elektrisch vervoer. Er komen steeds meer ICT-oplossingen om het verkeer efficiënter, veiliger en/of duurzamer te maken. Denk aan slimme straatverlichting en verkeerslichten. Ook voor Noordoostpolder kan dit interessant zijn. Versobering onderhoud wegen Met het vaststellen van de Perspectiefnota 2021-2024 heeft de raad besloten om te bezuinigen op onderhoud van wegen binnen en buiten de bebouwde kom. Buiten de bebouwde kom gaat het om twee derde van de buitenwegen. Dit betreft wegen die vooral gebruikt worden door het bestemmingsverkeer. We gaan deze wegen onderhouden op het minimale niveau. Aanpassingen aan bermen en het repareren van schades doen we alleen als dit nodig is voor de veiligheid. Maaien doen we nog op de uitzichthoeken van de buitenwegen. Het gaat dan vooral om de toegangswegen naar de dorpen en gebiedsontsluitingswegen. Een voorwaarde om deze maatregelen veilig door te voeren, is dat snelheid verlaagd wordt naar 60 km/uur. Die keuze nemen we mee in het nieuwe GVVP. Rijk stelt extra geld beschikbaar voor laadpalen De rijksoverheid gaat € 30 miljoen uittrekken voor het plaatsen van laadpalen, schrijft het ministerie van Infrastructuur. De bedoeling is om hiermee een "dekkend, landelijk netwerk van oplaadpunten" te krijgen. Deze middelen gaan vooral naar de 6 regio’s om samenwerking te bevorderen, zodat het plaatsen van laadpalen de komende jaren sneller en goedkoper kan. De 6 regio’s zijn: 1. Provincies Zeeland en Zuid-Holland 2. G4 (Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Utrecht) 3. MRA Elektrisch (provincies Noord-Holland, Flevoland, Utrecht) 4. Provincies Groningen, Fryslân en Drenthe 5. Provincies Overijssel en Gelderland 6. Provincies Noord-Brabant en Limburg Wij zijn sinds 1 januari 2020 aangesloten bij de regio MRA-e. Aanvragen voor laadpalen komen binnen en begin 2021 zal er gestart worden met een kansenkaart laadpalen. |